Product (verschil begroting 2022 - begroting 2021) | Begroting 2021 | Begroting 2022 | Verschil |
---|---|---|---|
Jeugdzorg | -13.631 | -8.653 | 4.978 |
De belangrijkste verschillen worden hier toegelicht:
Voor 2021 waren incidentele uitgaven opgenomen in de begroting voor € 898.000:
- In 2021 was voor het opvangen van de effecten van de coronacrisis eenmalig een budget van € 59.000 in de begroting opgenomen;
- Voor POH GGZ waren extra middelen van € 19.000 opgenomen;
- Extra rijksmiddelen voor jeugdzorg (landelijk € 613 miljoen). Dit betekent in 2021 extra incidentele middelen van € 820.000.
Voor 2022 zijn de structurele uitgaven verlaagd met € 3.950.000:
- De structurele uitgaven voor regionale inkoop van gespecialiseerde jeugdzorg zijn verhoogd met € 135.000;
- Het budget is taakstellend verlaagd vanwege invoering van het woonplaatsbeginsel vanaf 2022 met € 3.800.000. De inkomsten uit het gemeentefonds zijn met ditzelfde bedrag verlaagd;
- De lasten voor de bijdrage uitvoeringskosten regio in 2022 met € 20.000 verlaagd;
- Vanaf 2022 is minder budget (€ 265.000) beschikbaar voor de uitvoering van het jongerenwerk.
De overige afwijkingen (€ 53.000 hoger) hebben betrekking op de kapitaallasten, toerekening MGD, administratieve mutaties en/of mutaties reserves.
In juli 2021 zijn extra middelen jeugdzorg voor 2022 aangekondigd (landelijk € 1,3 miljard). De definitieve verdeling van deze middelen wordt in de septembercirculaire 2021 bekendgemaakt en zijn niet verwerkt in deze begroting.